Precies een week geleden tekenden wij de definitieve verkoopakte van onze molen. Dat was twee maanden nadat we verhuisd waren naar ons piepkleine huisje in de Languedoc voor een verblijf dat we toen op twee weken schatten. En vijf maanden na het tekenen van het voorlopig koopcontract. En na vele crises in de verstandhouding tussen ons en de kopers, tussen de makelaar en de kopers, tussen ons en de makelaar, tussen de bank en de kopers, de makelaar en de notaris. Want gelukkig was er een zwart schaap in deze geschiedenis: als het niet het bancaire systeem in het algemeen was, dan toch in ieder geval deze specifieke bank. En als het niet deze specifieke bank was, dan toch in ieder geval de bankemployee die dit specifieke dossier onder haar hoede had. Dat gaf wat lucht in de overige onderlinge relaties. Inmiddels zijn we weer allemaal de beste vrienden met elkaar geworden, behalve natuurlijk met die bankemployee. Normaal gesproken ben ik erg voor de rechten van werknemers, maar deze werknemer had wat mij betreft op staande voet ontslagen mogen worden, met als aanvullende bepaling dat zij nooit meer in een dienstverlenende functie werkzaam zou mogen zijn. Ooit is mij door een lerares Nederlands toegevoegd: “Jij? Jij hoort achter de ploeg thuis, al vind ik dat zielig voor de paarden.” Zoiets dus.
Ik ga natuurlijk niet vertellen wat die laatste maanden voor de officiële overdracht voor ons betekend hebben. De kopers woonden al in ons (!) huis. Dat kwam voor die twee weken voor de ondertekening iedereen beter uit, dachten wij. Onze inboedel stond inmiddels in Weesp (we konden de verhuizer niet voor de zoveelste keer afzeggen) en wij waren wel aan een paar weken vakantie toe. Ik ga natuurlijk niet vertellen in welke emotionele toestand die emails ons brachten die steeds opnieuw aankondigden dat er nog steeds niet ondertekend kon gaan worden omdat de notaris niet over de benodigde documenten beschikte. En ik ga al helemaal niet vertellen dat wij erover dachten om de hele verkoop maar af te blazen en de kopers te vertellen dat we eraan kwamen om ons rechtmatig eigendom weer te betrekken. Paniekgedrag. Daar lijden wij natuurlijk niet aan. Wij houden onder alle omstandigheden het hoofd koel, laten ons niet kennen, noch in de kaart kijken en houden het kruit droog. Gewoon nuchtere Hollanders.
Het goede nieuws is dat ik twee nieuwe deuren in ons hobbithuisje in Zuid-Frankrijk heb gezet, dat ik er een sokkel voor een waterreservoir heb gemetseld, dat ik een terras heb gebetonneerd, dat ik gebruind ben van mijn kruin tot mijn tenen en dat we nu een gat in de grond hebben van 130 meter diep van waaruit we water kunnen oppompen. Lang leve de inefficiënte bankemployees.
Huis verkopen 6: Lang leve de inefficiënte bankemployees
Beantwoorden